dinsdag 14 oktober 2014

Flatscreen


Ik sta hier maar zo´n beetje te staan. Op tafel. Op een voetstuk nog wel, maar toch. Overdag kijk ik meestal uit het raam. Ik kijk recht de straat in, liever gezegd het paadje in. De meeste voorbijgangers zijn bewoners met hun honden. Soms 1, soms 2, soms een hele roedel. En schijten dat ze doen. Althans dat hoor ik hier in huis dan regelmatig roepen. Na een poosje schakel ik over op sluimerstand. Dat gaat automatisch, hoewel het ook van verveling zou kunnen komen. Ben ik net weggedoezeld dan ramt er wel weer één op het toetsenbord dat voor me ligt. Dat schijnt de kortste klap te zijn om mij te activeren. Nou ja, liever hij dan ik, denk ik dan maar.
Als mijn luiken langzaam opengaan, zit de computerfanaat in kwestie me onbeschaamd aan te staren. Hoofd iets naar voren, nek gestrekt, priemende ogen en vooral de oren afgesloten voor de omgeving. (Koop een goede stoel en een computerbril, zou ik willen adviseren, maar wie luistert er naar mij.) De voor mij getoonde belangstelling is flinterdun. Mevrouw X struikelt toetsentikkend over haar eigen gedachten, verspreekt zich in elevator pitshes, surft naar onbereikbaar geluk en koketteert met onzinnige columns. Bij het doornemen van het bankaccount , dat neem ik dan maar aan, zie ik haar fronsen en bij het lezen van de emails lachen. Of is het andersom? Ik kan het niet zien.
Dat is het verrotte van mijn bestaan. Als poort naar de virtuele wereld, weet je zelf van niets. Je bent het welbekende bord voor je eigen kop. Flatscreen, so what. Ik ben het  vierkant zat. Het liefst trek ik de stekker eruit . Maar helaas, ze doen hier aan wireless.

1 opmerking: